De invloed van slaapfasen op snurken
Heb je regelmatig last van een snurkende partner? Dan is het je misschien al eens opgevallen: hij of zij snurkt waarschijnlijk niet de hele nacht. Dit heeft te maken met de verschillende slaapfasen die ieder mens doorloopt. In sommige fasen is de kans op snurken namelijk een stuk groter. Hieronder bespreken we de verschillende slaapstadia en de relatie tot snurkgedrag.
Verschillende slaapfasen:
Fase 1: in slaap dommelen
Het grootste deel van je slaap wordt gevormd door de zogenaamde non-REM-slaap (NREM). Dit type slaap beslaat de eerste drie slaapfasen en staat ook wel bekend als de normale slaap. Het begint met de eerste slaapfase, dit is de overgangsfase tussen wakker zijn en slapen. Het is het moment waarop je ogen langzaam dichtvallen, maar je zeker nog niet in diepe slaap verkeert.
Deze fase duurt slechts een minuut of vijf, waarbij de lichaamstemperatuur daalt en de spieren geleidelijk ontspannen. De weg naar dromenland is in dit stadium nog ver, maar toch beginnen veel mensen in deze fase al te snurken. Het gaat hier dan met name om ‘normaal’ snurken en niet zozeer om ernstiger vormen zoals slaapapneu.
Fase 2: diepe slaap
Na vijf minuten volgt de tweede slaapfase, de zogenaamde diepe slaap. Hersengolven veranderen van alfa-golven (8-12 hertz) naar theta-golven (4-8 hertz) en de staat van bewustzijn verdwijnt. Deze slaapfase duurt ongeveer dertig tot veertig minuten. Het is het stadium waarin we het grootste gedeelte van de nacht verkeren, namelijk ongeveer de helft.
Tijdens deze slaapfase neemt de kans op snurken iets toe. De slaap is op dit moment namelijk dieper dan in het eerste stadium, waardoor we ons niet langer bewust zijn van ons eigen gedrag. We worden minder snel wakker van geluid om ons heen en ons eigen gesnurk vormt hierop geen uitzondering.
Fase 3: zeer diepe slaap
De derde slaapfase is de zeer diepe slaap. De theta-golven veranderen in delta-golven (1-2 hertz) en het lichaam herstelt. De hartslag daalt nog verder en er worden groeihormonen aangemaakt. Het is zeer moeilijk om wakker te worden uit dit slaapstadium. Wanneer het toch gebeurt, leidt het tot gevoelens van extreme vermoeidheid.
Tijdens de zeer diepe slaap is ook de ademhaling zeer diep. Dit heeft invloed op het snurkgedrag, want in dit stadium is de kans op ‘gewoon’ snurken het grootst. Slaapapneu komt daarentegen in deze slaapfase veel minder vaak voor. In het begin van de nacht duurt deze fase het langst, waardoor snurken dan relatief vaker voorkomt.
Fase 4: de REM-slaap
Het laatste slaapstadium is de REM-slaap. Het is de fase waarin je levendig droomt en waarin je spieren verlamd zijn om te voorkomen dat je slaapwandelt. Hersengolven zijn in deze slaapfase vergelijkbaar met tijdens het waken. De REM-slaap neemt ongeveer een kwart van de totale slaap in beslag en duurt steeds langer naarmate de nacht vordert.
Normaal snurken komt in dit stadium nauwelijks voor, zelfs niet bij zware snurkers. Later in de nacht wordt het snurken hierdoor vaak minder. Slaapapneu komt daarentegen juist vaker voor tijdens de REM-slaap. Dit slaapstadium kan daarom leiden tot gevaarlijke situaties.
Oplossing tegen snurken: anti snurkbeugel
Wil jij er zeker van zijn dat jij alle slaapfasen snurkvrij doorkomt? Dan kan het aanschaffen van een anti snurkbeugel jou gegarandeerd helpen. Dit anti snurk middel pakt snurkklachten bij de bron aan. Lees meer over verschillende anti snurkbeugels die verkrijgbaar zijn.